Cranfield University onderzoekt gasemissies uit aardappelen

Met een productie in Noordwest-Europa van meer dan 28 miljoen ton in 2017, is de aardappel een van de belangrijkste voedselgewassen ter wereld. Om ervoor te zorgen dat aardappelen het hele jaar door verkrijgbaar zijn, brengt deze groentesoort vaak meer tijd in de opslag door dan op het veld. Een optimale opslag is daarom van cruciaal belang. Hiermee kunnen het ontwikkelen van ziektes, het uitlopen en de omzetting van zetmeel in suikers bij aardappelknollen worden voorkomen. Projectpartner Cranfield University werkt aan de identificatie van Volatile Organic Compounds (VOC’s): vluchtige organische stoffen die tijdens de opslag door aardappelknollen worden geproduceerd. Hoofddoel van dit onderzoek is het identificeren van de VOC’s die worden geassocieerd met het rotten, uitlopen en verzoeten van aardappelen. Deze stoffen kunnen tijdens de opslag dienen als indicatoren in een systeem voor vroegtijdige detectie.

De eerste fase van het onderzoek vindt plaats in het laboratorium. De luchtmonsters zijn afkomstig van aardappelen die zijn opgeslagen in omstandigheden die vergelijkbaar zijn met de commerciële opslagomstandigheden. De analyse van deze luchtmonsters heeft geresulteerd in een lange lijst met stoffen die tijdens de opslag van aardappelen worden geproduceerd. De volgende uitdaging is het koppelen van de aanwezigheid van afzonderlijke VOC’s aan de activiteit van schimmels en bacteriën en de fysiologische processen die leiden tot uitlopen en verzoeten. Deze informatie zal vervolgens worden gebruikt voor het instellen van de parameters van het real-time interactieve opslagsensorsysteem dat binnen het QCAP-project wordt ontwikkeld. Zo kan aan de hand van de gedetecteerde VOC's worden bepaald welke problemen in de opslagfaciliteit kunnen ontstaan.

Zodra er een prototype van het nieuwe sensorsysteem is ontwikkeld, zal het ter evaluatie eerst in een van de opslaglaboratoria van Cranfield worden geïnstalleerd en vervolgens in een commerciële aardappelopslagruimte. Tijdens deze evaluatie worden ook luchtmonsters uit dezelfde ruimte verzameld en geanalyseerd. Dit moet ervoor zorgen dat de nieuwe sensor dezelfde VOC’s kan detecteren op de niveaus die door de meer geavanceerde laboratoriumapparatuur zijn geconstateerd.

Share this

Tweet Share